Misstanden in Nederlandse transportsector

In de Nederlandse transportsector heersen veel misstanden. Volgens de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) maken ongeveer 400 Nederlandse transportbedrijven zich schuldig aan oneerlijke concurrentie. Zij frauderen met rij- en rusttijden, ontduiken wet- en regelgeving en buiten hun personeel uit. Dat meldt het FD van 10 november 2017.

De ILT nam vorig jaar 731 transportbedrijven onder de loep. Bijna de helft daarvan kreeg een waarschuwing of werd beboet. De inspectiedienst nam een toenemende fraude met de tachograaf waar, waarmee chauffeurs de rij- en rusttijdenwet ontdoken. Ook zou er veel worden gesjoemeld met persoonlijke chauffeurspassen. Volgens de ILT is er sprake van een wedloop tussen transporteurs en toezichthouders.

Onduidelijkheden over arbeidsomstandigheden

De ILT, maar ook het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, erkennen dat er veel onduidelijkheden zijn over de arbeidsomstandigheden van vrachtwagenchauffeurs uit Oost-Europa. De Nederlandse overheid zegt te wachten op een uitspraak van het Europese Hof van Justitie. ‘Als het Hof oordeelt dat de huidige Europese verordening voor rij- en rusttijden een verbod bevat op het verblijf van de normale wekelijkse rust in de cabine, gaat Nederland ook handhaven’, aldus een woordvoerder van het ministerie.

De ILT zegt signalen of vermoedens van uitbuiting serieus te nemen. ‘Als bij inspecties langs de weg het vermoeden bestaat dat buitenlandse chauffeurs (in dienst van buitenlandse bedrijven) worden uitgebuit, neemt de ILT contact op met de inspectie van het land van herkomst’, zegt een woordvoerder. Bij bedrijfscontroles in Nederland controleert de ILT via arbeidsvoorwaarden of er bijvoorbeeld een hotelregeling is voor chauffeurs. Hier gaat het om Nederlandse bedrijven die buitenlandse chauffeurs in dienst hebben.

Sociale dumping

Ook op het hoogste niveau, de Europese Unie, is er steeds meer aandacht voor het lot van de chauffeurs. Zo meldt het FD dat de Franse president Macron recent ‘sociale dumping’ in de transportsector op de agenda zette. Een voorstel om de regels aan te passen, stuitte echter al direct op verzet van Polen, Hongarije, Letland en Litouwen. Genoemde landen zijn bang dat een wijziging van de regels inhoudt dat zij hun concurrentievoordeel gaan verliezen.