Vraagtekens bij Aziatische schoenenindustrie

De textielindustrie ligt sinds de ramp bij Rana Plaza in Bangladesh onder een vergrootglas, maar bij de schoenenindustrie is daar vooralsnog geen sprake van. Toch zijn ook schoenen vandaag de dag verworden tot fast fashion. En wie weet of die schoenen niet door kinderen in onveilige Aziatische fabrieken worden gemaakt? Het AD ging op onderzoek uit en bericht erover in de krant van 22 augustus 2017.

Net als kledingmerken wisselen ook schoenenwinkels vandaag de dag steeds sneller van collectie. Acht op de tien schoenen worden in lagelonenlanden China en Vietnam gemaakt. Over de omstandigheden waaronder dat gebeurt, is echter weinig bekend. Volgens Daniela Kistler van PublicEye, een Zwitserse organisatie die onderzoek doet naar de schoenenbranche, spelen hier echter vergelijkbare problemen als in de kledingbranche.

‘Als gevolg van de fast fashion-trend moeten schoenen steeds sneller en goedkoper worden geproduceerd. Dat zet veel druk op de prijzen, en dus op de fabrieksarbeiders’, meldt ze in het AD. Daarnaast is ook milieuvervuiling in de productielanden een groot probleem, blijkt uit onderzoek van organisaties als PublicEye. Zeker bij schoenen vervaardigd uit leer, doordat in leerlooierijen met giftige chemicaliën wordt gewerkt.

Geen openheid van zaken

De schoenenbranche zelf ontkent dat arbeiders en milieu de dupe worden van de trend om steeds sneller goedkopere schoenen te produceren. Bij Nederlands grootste schoenenverkoper vanHaren wordt geen openheid van zaken gegeven over de fabrieken waarin geproduceerd wordt. Uit concurrentieoverwegingen, meldt Andreas Tepest. Hij is bij de Deichmann Groep, het Duitse moederbedrijf van vanHaren, verantwoordelijk voor de kwaliteit van de wereldwijde productie.

Dat schoenen na een reis over de halve aardbol voor nog geen twee tientjes in een Nederlandse winkel staan, heeft volgens Deichmann niets met uitbuiting van mensen te maken. Tepest: ‘Wij laten 173 miljoen paar schoenen per jaar maken, die we verkopen in 25 landen. Dat levert enorm veel schaalvoordelen op. Zo hebben we een superefficiënt logistiek systeem. We vervoeren alleen volle zeecontainers en vrachtwagens. En vergeleken met de grote sportschoenenmerken geven wij weinig uit aan reclame.’

Vaste leveranciers

Volgens Tepest werkt Deichmann tegenwoordig veel met vaste leveranciers. Prijzenswaardig, meent Kistler van PublicEye. Bij fabrieken die voor veel verschillende afnemers produceren voelt niemand zich namelijk echt verantwoordelijk. ‘Dat zag je bij Rana Plaza, waar kleding voor onder andere Primark, Mango en Walmart werd gemaakt. Zulke merken eisen inspectierapporten, en die waren er ook. Maar niemand voelde zich vervolgens verantwoordelijk om de gesignaleerde gebreken op te lossen.’

Wat dat betreft is de werkwijze van Deichmann toe te juichen, beaamt Daniela Kistler in het AD. Toch heeft ze ook kritiek op de Duitse schoenenfabrikant. ‘Deichmann is niet het slechtste jongetje van de klas. Maar ook niet het beste. De schoenenindustrie is erg versnipperd. Als marktleider in Europa zou Deichmann meer verantwoordelijk-heid moeten nemen. Het publiceren van een lijst met productielocaties en inspectieresultaten hoort daarbij.’